Het wegennet in de achttiende eeuw was bescheiden van omvang en vooral aangelegd op oude dijken, zoals de Slachtedijk en de Leppedijk. Lange tijd bleef dat het enige initiatief om verbetering in het plaatselijke wegennet te brengen. Tot het begin van de negentiende eeuw verliep het verkeer en vervoer in Utingeradeel voornamelijk over het water. Alle dorpen in de grietenij waren aan bevaarbare wateren gelegen en beurtvaartdiensten bestonden van oudsher op Leeuwarden, Sneek, Heerenveen, Gorredijk en Amsterdam. Pas in de negentiende eeuw werd de infrastructuur in de gemeente ingrijpend aangepakt.

Na jarenlange voorbereidingen kon op 1 januari 1828 het wegvak van Akkrum naar herberg “De Drie Romers” onder Roordahuizum in de Rijksstraatweg van Leeuwarden naar Zwolle worden geopend. De weg werd door het Rijk gefinancierd, met uitzondering van het gedeelte in de bebouwde kom van Akkrum, dat voor rekening van de aanwonenden werd gebracht.

Ruim twintig jaar later, in 1850, lag het initiatief voor de verbetering van het wegennet geheel bij de gemeente. De weg van Akkrum naar Oldeboorn kreeg in dat jaar een nieuwe grindverharding en twee jaar later werd ook de kleiweg van Terkaple naar Akmarijp verbeterd. De belangrijke weg van Akkrum naar Terhorne kon in 1857 worden afgemaakt. Op verzoek van de provincie werd in deze jaren ook onderhandeld met de buurgemeenten Opsterland en Smallingerland over de aanleg van kunstwegen van Oldeboorn naar Beetsterzwaag en Drachten. Door de verdeling van de hoge kosten die met de wegaanleg waren gemoeid, liet een definitieve besluitvorming bijna vijftien jaar op zich wachten.

Figuur 10: Eigen foto, de weg van Akkrum naar Terhorne, 2014

Nadat de eerste besprekingen aan het einde van de jaren veertig waren gevoerd, werd de kleiweg van Oldeboorn naar Beetsterzwaag pas in 1865 door de Commissaris des Konings geopend. De weg naar Drachten kwam er niet. In 1884 en 1926 werden nog wel de belangrijke wegverbindingen met Joure en Tijnje tot stand gebracht.
Akkrum had over de Boorne, de Meinesloot, Het Deel en de Polsloot goede verbindingen met Grouw, Gorredijk, Sneek en Heerenveen. Rond 1860 lag Akkrum op het kruispunt van de Rijksstraatweg van Leeuwarden naar Zwolle met de verharde wegen naar Oldeboorn en Terhorne. De goede verbindingen maakten het dorp aantrekkelijk als halteplaats op de spoorlijn van Leeuwarden naar Heerenveen.

(Bron: Historisch Centrum Leeuwarden, 3013 Mairie Akkrum, 1812-1816)